Tjepke Mulier
Tjepke Mulier | ||||
---|---|---|---|---|
Algemeen | ||||
Geboren | 22 september 1815 | |||
Overleden | 24 februari 1883 | |||
Titulatuur | Mr. | |||
Functies | ||||
1850-1851 | Grietman van Wonseradeel | |||
1851-1867 | Burgemeester van Wonseradeel | |||
|
Tjepke Mulier (Bolsward, 22 september 1815 - Haarlem, 24 februari 1883) was een Nederlands bestuurder.
Leven en werk
[bewerken | brontekst bewerken]Mulier, lid van de familie Mulier, was een zoon van Pieter Mulier (1783-1866), belastingontvanger en lid Gedeputeerde Staten, en Margaretha Haitsma (1790-1819). Hij trouwde met Sydske Banga (1815-1843), dochter van dr. Jelle Banga, en na haar overlijden met Roelina Johanna Albarda (1822-1898). Uit dit tweede huwelijk werd onder anderen zoon Pim Mulier geboren.
Mulier studeerde rechten aan de Universiteit van Franeker.[1] Hij werd na zijn studie advocaat bij het provinciaal hof in Leeuwarden. Hij was directeur-generaal van de Zuiderzeedijken. In 1850 werd hij benoemd tot grietman van Wonseradeel. Na de invoering van de Gemeentewet een jaar later, was hij de eerste burgemeester van deze gemeente. Mulier bewoonde de Aylva State in Witmarsum. Na zijn eervol ontslag in 1867 verhuisde Mulier met zijn gezin naar Haarlem, waar hij tot 1880 woonde in het Huis Barnaart.[2]
Mulier overleed in 1883 op 67-jarige leeftijd.
Voorganger: C. Binkes |
Grietman van Wonseradeel 1850-1851 |
Opvolger: * |
Voorganger: * |
Burgemeester van Wonseradeel 1851-1867 |
Opvolger: L. Britzel |